De pluktuin van Annelies
Annelies Vansant is wedding & eventflorist en kweekt haar eigen bloemen. Het vak en de pluktuin waren geen bewuste keuze. Eigenlijk overviel het haar. De liefde voor bloemen is intussen een aanstekelijke obsessie geworden. “Alles draait om creativiteit en originaliteit. Bloemen zijn voor mij het perfecte medium. Elke bloem is anders: de vorm, de kleuren, de kromming van de stengel.”
Het parcours van Annelies verliep niet helemaal volgens de klassieke paden. Tijdens haar studies aan de universiteit taal en letterkunde werd Annelies ziek en kreeg ze gezondheidsproblemen. Via afstandsonderwijs bij het CVA (Centrum Voor Afstandsonderwijs) volgde Annelies een cursus voor florist. Tijdens haar stage bij Nele van het Bloemenatelier in Hove – waar ze de kneepjes van het vak leerde – sloeg de vonk pas echt over. Gelijktijdig met haar inschrijving voor de cursus kwam het idee om met plukbloemen te werken.
“Als ik zelf bloemen zaai, heb ik goedkoper oefenmateriaal en moet ik niet telkens bloemen kopen, dacht ik. Ik moest heel wat oefenen om de schoofs schikken techniek onder de knie te krijgen. Achteraan in de tuin van mijn mama ligt een stukje braakliggende grond. De buurman kweekte er groenten en spitte elk jaar opnieuw de grond om. Ideaal om bloemen te kweken, dacht ik. Zo snoepte ik ieder jaar een groter stukje van de tuin af voor mijn pluktuin. Geleidelijk palmde ik bijna de volledige grond in. De buurman keek goedkeurend toe maar wist ook van aanpakken. Zonder hem had ik niet geweten hoe eraan te beginnen. Onlangs zijn we verhuisd naar een huis met tuin. Vanaf het volgende seizoen heb ik mijn eigen pluktuin waar ik woon.”
BEDJES
Hoe begin je eraan?
Je begint met op het lapje grond bedjes te maken van opgehoogde aarde. Tussen de bedjes komen paadjes van samen gestampte grond. Voor het eerst zaaide Annelies in haar nieuw pluktuin gras tussen de bedjes, grint of schors kan ook. Zo hoef je de paadjes niet te wieden. Ideaal is een bedje van ongeveer 120 cm breed zodat je aan weerszijden gemakkelijk tot aan het midden geraakt om te wieden en de bloemen te plukken.
Het zaaien gebeurt op rijtjes omdat je dan ziet waar de plantjes uitkomen. Na een tijdje priemen kleine stipjes door de aarde, netjes op een rijtje. Ik vroeg me al af of hoe je het onderscheid kan maken tussen onkruid en bloemen? Op die manier dus. Annelies test elk jaar nieuwe soorten uit. Daarvoor reserveert ze meestal twee bedjes. De succesnummers en haar favoriete bloemen zaait Annelies elk jaar opnieuw.
PLUKGELUK
Het plukken gebeurt best ‘s morgens. De bloemen hebben dan heel de nacht fris water kunnen opnemen. Je snijdt de bloemen schuin af en zet ze 3 à 4 uur op een koele plaats in water voor je ze begint te verwerken. “Voor huwelijkswerk zijn mijn plukbloemen zeker sterk genoeg. Het is altijd spannend want je wilt kwaliteit bieden en zorgen dat de bloemen lang staan. Als huwelijksbloemist heb je het geluk dat je ook met speciale en soms iets minder sterke bloemen kan werken.”
In de pluktuin van Annelies vormen floxen (vlambloem) een vaste waarde. “Het zijn niet de floxen die je als vaste plant in borders ziet,” verduidelijkt Annelies. “Er zijn twee soorten eenjarige die ik heel mooi vind: de ‘Cherry Caramel Phlox’ – met karamelkleurige bloemblaadjes en kersenrood hartje – en de ‘Crème Brulée Phlox’ – met roomgele bloemblaadjes met roze vegen of perzikkleurig met donkerrode ster. De meeste bruiden willen tegenwoordig graag een bruidsboeket in zachte tinten. Ieder jaar zaai ik zinnia’s in zachte tinten zoals ‘Zinnia Zinderella Peach’ en ‘Zinnia Zinderella Lilac’. ‘Scabiosa Fata Morgana’ (Duifkruid) heeft zachte, romige abrikozenbloesems bovenop hoge, sterke en slanke stelen. Als het wat speciaal mag zijn, kies ik voor de ‘Scabiosa Black Knight’ met donker rood-paarse tot zwarte bloemen.”
“Dahlia’s vind ik een must in de tuin. Ze zijn heel gemakkelijk. Je plant de knollen in de grond. Daarna hoef je er niet meer naar om te kijken behalve als ze heel groot worden, kan je de stengels best opbinden. Dahlia’s geven zoveel plukgeluk. Het enige nadeel is dat je in de herfst de knollen moet uitgraven en binnen bewaren. De ‘Café au Lait’ met zijn mooie pastelkleur is een populaire dahlia. Ik heb gemerkt dat de bloemen die ik zelf kweek veel sterker zijn met vaker een stevigere kern. Bovendien beslis ik zelf wanneer ik de bloemen pluk. In mijn eigen tuin weet ik precies op welke dag er een nieuwe bloemenknop ontluikt. Wanneer je bloemen koopt weet je niet hoe lang ze onderweg zijn. Plukken uit mijn eigen tuin, verser kan het niet.”
De deurbel gaat. Enthousiast veert Annelies recht. “Dat is beslist de postbode met een pakketje knollen van ranonkels. De ranonkel is één van mijn lievelingsbloemen die ik nu voor het eerst ga zaaien. Per seizoen heb ik wel meer dan één lievelingsbloem”, lacht Annelies.
“Ranonkels zijn niet zo gemakkelijk. Je moet de knollen eerst laten weken tot ze opzwellen en nadien voorplanten. De kiemen worden in volle grond geplant. Om de kiemen te beschermen, komt er een tunneltje over tegen de kou. Dat vind ik allemaal leuk om mee bezig te zijn.”
NIEUWE TREND
Is dit nu een nieuwe trend?
“Tijdens de lockdown was ik volop bezig met de voorbereidingen voor het zaaien. Af en toe deelde ik mijn ervaringen op Instagram en ik merkte dat er veel interesse was. Mensen hadden veel tijd en qua timing – de zaaiperiode – zat het ook goed. Ik kreeg heel wat vragen en probeerde zoveel mogelijk tips te geven. Maar vergis je niet. Een pluktuin aanleggen vergt veel tijd, lees: zaaien, wieden, opbinden. Ik merk dat er meer en meer interesse is bij collega’s. Je moet wel beseffen dat het resultaat niet altijd even succesvol is. Het is volop ‘trial and error’ en het lukt niet meteen na één jaar. Ik voel wel dat dit een soort trend is. Enerzijds heb je de ecologische beweging. Alhoewel ik het ecologische aspect belangrijk vind, was dit voor mij niet de hoofdreden. Ik ben hiermee gestart vanuit het gevoel dat het mij meer creativiteit geeft. Omdat ik de soorten en kleuren waarmee ik wou werken niet vond in de groothandel ben ik zelf bloemen beginnen te kweken. Ik zag waarmee Amerikaanse floristen werkten en wou dat ook. Met deze zelfgekweekte bloemen wil ik aantonen dat je veel meer kan dan een veldboeket maken en ook luxueus en gedetailleerd kan werken.”
“Ik denk dat er nog ruimte is om creatief te zijn in het luxesegment met zelfgekweekte bloemen. Je moet natuurlijk veel tijd hebben. Eigenlijk ben ik geen doorsnee bloemist. Ik sta op een heel andere manier in mijn zaak, meer vanuit een passie. Het is voor mij soms moeilijk om mijn werk zakelijk te bekijken. Het is ook niet de meest zakelijke keuze om zelf bloemen te kweken. Omdat ik er zoveel creativiteit probeer in te leggen, heb ik wel het gevoel dat ik evenveel mag vragen als voor bloemwerk met aangekochte bloemen. Voor mij is dit een duurzame manier en ik denk dat er nog veel mogelijkheden zijn. Mensen zijn geïnteresseerd in de herkomst van producten en weten graag het verhaal erachter.”
Tekst: Ingrid Allaerts
Foto’s: © Mathias Hannes